h

Vervolgvragen asbestdaken Koks Vatenhandel

1 december 2002

Vervolgvragen asbestdaken Koks Vatenhandel

Wij zijn teleurgesteld over uw antwoord op onze vragen d.d. 17 oktober 2002, betreffende de asbestdaken van v/h Koks Vatenhandel.
U schrijft dat deze daken geen gevaar vormen voor de volksgezondheid. Dat lijkt ons een boude uitspraak. Immers het staat algemeen bekend dat asbestcement golfplaten niet alleen een risico vormen bij breken of mechanische bewerking, zoals u schrijft. Ook bij ernstige verwering van
dergelijke daken kunnen voor de volksgezondheid schadelijke vezels vrijkomen. In onze inleiding op onze vragen van 17 oktober verwezen wij u daarom naar een dergelijke situatie in de Indische Buurt, waarbij was gebleken dat bij langdurig droog weer, mosafzetting loskomt van deze daken waarin voor de volksgezondheid schadelijke vrije asbestvezels zaten. De daken van tuinschuurtjes in de Indische Buurt zijn daarom toen ook gesaneerd. Hierop gaat u in uw antwoord geheel niet in.

Aan het College van Burgemeester en Wethouders van de Gemeente Vlaardingen

Vlaardingen, 1 december 2002

Betreft: schriftelijke vragen volgens artikel 36 Reglement van Orde: vervolg vragen inzake uw antwoord (briefnummer 0267572) op onze vragen over asbestdaken v/h Koks Vatenhandel.

Geacht college,
Wij zijn teleurgesteld over uw antwoord op onze vragen d.d. 17 oktober 2002, betreffende de asbestdaken van v/h Koks Vatenhandel.
U schrijft dat deze daken geen gevaar vormen voor de volksgezondheid. Dat lijkt ons een boude uitspraak. Immers het staat algemeen bekend dat asbestcement golfplaten niet alleen een risico vormen bij breken of mechanische bewerking, zoals u schrijft. Ook bij ernstige verwering van
dergelijke daken kunnen voor de volksgezondheid schadelijke vezels vrijkomen. In onze inleiding op onze vragen van 17 oktober verwezen wij u daarom naar een dergelijke situatie in de Indische Buurt, waarbij was gebleken dat bij langdurig droog weer, mosafzetting loskomt van deze daken waarin voor de volksgezondheid schadelijke vrije asbestvezels zaten. De daken van tuinschuurtjes in de Indische Buurt zijn daarom toen ook gesaneerd. Hierop gaat u in uw antwoord geheel niet in. Dat kan zijn omdat dit voorbeeld niet als zodanig in onze vragen is vermeld. Maar wij mogen er hopelijk toch vanuit gaan dat u in uw beantwoording van schriftelijke vragen ook de inleiding tot de vragen meeneemt in uw overwegingen bij de beantwoording. Dit is in het onderhavige antwoord echter jammer genoeg niet het geval. In antwoord op vraag 1 schrijft u o.a dat; “Over de mogelijke gezondheidsrisico’s van asbest dat in de aangrenzende tuinen van de woningen aan de Bleekstraat is aangetroffen, heeft de GGD ons
onlangs advies uitgebracht. Gezien de aangetroffen concentraties en de situatie ter plaatse is niet te verwachten dat bewoners risico ondervinden door het vrijkomen van asbestvezels”.
Daarom hebben wij de volgende vervolg vragen;

1. “Niet te verwachten risico” betekend ons inziens niet dat er geen risico’s voor de bewoners zijn. Welke garantie kunt u dan geven dat er geen risico voor de bewoners (bijvoorbeeld voor in de tuinen spelende kinderen) bestaat?
2. Is het juist dat er wel degelijk vrije asbestvezel is aangetroffen? Indien er sprake is van het constateren van vrije asbestvezel, ook in lage concentraties, waarop baseert u dan uw (of de GGD zijn) mening dat er geen sprake van risico voor de volksgezondheid bestaat?
3. Waarom zijn indertijd in een vergelijkbare situatie de verweerde en bemoste asbestcement daken van tuinschuurtjes in de Indische Buurt dan wel gesaneerd?
4. Zijn de waarnemingen van de GGD gedaan onder een “worst case” situatie, dat wil zeggen op momenten dat er mosafzetting los komt onder droge weersomstandigheden? Is er vezel onderzoek gedaan? (met behulp van licht microscoop)
Zo nee acht u een dergelijke waarneming dan wel wetenschappelijk verantwoord?
5. Bent u met ons van mening dat hier weldegelijk sprake is van risico’s voor de volksgezondheid aangezien er kennelijk asbestvezels in de tuinen zijn aangetroffen? Zo nee, van welke concentratie gaat u (de GGD) dan uit in situaties waarin bewoners vaak en mogelijk langdurig (in de zomer) in hun tuinen verblijven, om te kunnen beoordelen dat er geen risico voor de volksgezondheid bestaat?
6. Onder welke omstandigheden (droog of nat weer, welk jaargetijde), en met welke middelen is het GGD onderzoek verricht, en is er onderzocht of, en in welke concentraties er vrije asbestvezels voorkwamen in de tuinen?
7. Kunt u de onderzoeksresultaten van de GGD aan de raad doen toekomen? Zo nee, waarom niet?
Tot slot,
8. Kent u de gegevens van de gemeente Hof van Twente, waar meerdere omwonenden van met asbestcement afval verharde wegen aan longvlieskanker zijn overleden, terwijl tot voor enkele jaren ook daar het risico als “verwaarloosbaar” werd beschouwd? Zo ja,
9. Bent u met ons van mening dat er geen veilige concentratie van vrije asbestvezel bestaat, gezien de mogelijke gevolgen van het inademen van slechts een vezel? Zo ja, acht u het, aangezien er kennelijk asbestvezels zijn geconstateerd zoals wij reeds vreesden, dan niet noodzakelijk om
onmiddellijk tot maatregelen over te gaan om elk risico voor de volksgezondheid verder te vermijden? Zo nee, waarom niet?

Martin Kappers
fractievoorzitter

U bent hier