Langdurigheidtoeslag
Langdurigheidtoeslag
Op 22 maart van dit jaar heeft SP fractielid Ingrid Wijker aan het college en de aanwezige ambtenaren het volgende probleem voorgelegd; 'Mensen die in de bijstand zitten en een deeltijdbaan hebben (maar wel gedeeltelijk van de socialedienst afhankelijk blijven) zijn slechter af dan iemand die voor 100% in de bijstand zit.
Dit wordt veroorzaakt doordat mensen vanwege hun deeltijdbaan vaak geen recht meer hebben op de langdurigheidtoeslag, dit omdat ze(hoe krom ook) inkomsten uit arbeid hebben.'
Zowel de wethouder sociale zaken, als de aanwezige ambtenaren wisten niet precies wat te antwoorden en zouden het uit zoeken. Hier het antwoord;
Beantwoording vraag raadsinformatieavond 22 maart
Tijdens de raadsinformatieavond op 22 maart heeft mw. Wijker de volgende vraag gesteld:
Kan er worden nagegaan of er wat gedaan kan worden voor mensen die parttime gaan werken en dan de langdurigheidtoeslag mislopen.
Naar aanleiding van deze vraag is nagegaan van welke regelingen alleenstaande ouders die part-time werken en aanvullend een uitkering hebben, gebruik kunnen maken.
Alleenstaande ouders die structureel part-time werken (meer dan 6 maanden) kunnen geen aanspraak maken op de langdurigheidstoeslag. Wel zijn er verschillende belastingkortingen waar alleenstaande ouders gebruik van kunnen maken en deze kortingen worden (onder bepaalde omstandigheden) niet gekort op de WWB-uitkering.
Tot slot heeft de Eerste Kamer het initiatief voorstel Wet Voorziening arbeid en zorg alleenstaande ouders (Wet Vazalo) aangenomen. Op grond van deze wet krijgen alleenstaande ouders die in deeltijd werken via de belastingdienst een toeslag, opdat zij niet langer op bijstand aangewezen zullen zijn. Per saldo is de verwachting dat het inkomen hoger zal zijn dan de bijstandsuitkering.
Hieronder wordt kort ingegaan op deze regelingen en het initiatief voorstel Vazalo.
1. Langdurigheidstoeslag
Langdurigheidstoeslag is bedoeld voor mensen van tussen de 23 en 65 jaar die langer dan vijf jaar moeten rondkomen van een uitkering en geen kans maken op een baan. Het is aan de gemeenten om te beslissen wie voor een toeslag in aanmerking komt en hoe hoog de toeslag is. Tot nu toe kwam het recht op toeslag in gevaar zodra mensen inkomsten uit arbeid binnenkregen. Aangenomen werd dat ze weer kans maakten op de arbeidsmarkt.
De Eerste Kamer heeft ingestemd met een wetsvoorstel dat gemeenten meer ruimte geeft om langdurigheidstoeslag te geven aan mensen met een uitkering. Het recht op de toeslag vervalt niet meteen als de uitkeringsgerechtigde in een heel kort tijdsbestek een klein bedrag bijverdient.
Door gemeenten ruimte te geven soepeler met de toeslag om te gaan, worden bijstandsgerechtigden niet meer belemmerd te proberen om aan de slag te komen. Immers, als de poging mislukt zijn ze niet meteen hun toeslag kwijt. De gemeenten beslissen zelf over de individuele invulling van deze regel.
Gemeenten dienen dus in te vullen wat moet worden verstaan onder een zeer geringe hoogte van de inkomsten en zeer geringe duur van de betreffende arbeid.
Op 24 november 2006 heeft het college het volgende besloten, met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2006:
• Als geringe periode wordt een periode van zes kalendermaanden aangehouden. Deze maanden hoeven niet aaneengesloten te zijn.
• Onder gering inkomen zal een bedrag van maximaal € 1.000,00 worden verstaan.
Ook de gemeenten Schiedam en Maassluis hebben voor deze oplossing gekozen.
2. Belastingmaatregelen
Specifiek voor alleenstaande ouders zijn er een aantal belangrijke kortingen in het leven geroepen. Als een alleenstaande ouder aan de voorwaarden voldoet, kunnen deze kortingen aangevraagd worden. Deze gelden worden onder bepaalde omstandigheden niet gekort op de WWB-uitkering.
Kinderkorting van € 939,00 per jaar
Een belastingplichtige komt hiervoor in aanmerking als:
• er in het kalenderjaar meer dan 6 maanden een kind jonger dan 18 jaar tot het huishouden behoort;
• dit kind in belangrijke mate door de ouder(s) wordt onderhouden (€ 393,00 per kwartaal), of als de ouder(s) voor dit kind recht heeft/hebben op kinderbijslag;
• dit kind op het adres van de ouder(s) staat ingeschreven bij bevolking.
Dit bedrag wordt niet gekort op de bijstandsuitkering.
Combinatiekorting van € 149,00 per jaar
Een belastingplichtige komt hiervoor in aanmerking als:
• door werkzaamheden buiten het huishouden meer dan € 4.475,00 is verdiend;
• er in het kalenderjaar meer dan 6 maanden een kind jonger dan 12 jaar tot het huishouden behoort;
• dit kind op het adres van de ouder(s) staat ingeschreven bij bevolking.
Deze korting wordt niet gekort op de WWB-uitkering bij alleenstaande ouders van wie het jongste kind jonger is dan 5 jaar.
Aanvullende combinatiekorting van € 700,00 per jaar
Een belastingplichtige komt hiervoor in aanmerking als hij/zij:
• alleenstaande ouder is;
• recht heeft op de combinatiekorting.
Deze korting wordt niet gekort op de WWB-uitkering bij alleenstaande ouders van wie het jongste kind jonger is dan 5 jaar.
Deze vrijlatingsregelingen zijn wettelijk vastgesteld.
3. De Wet Vazalo
Wat houdt de Wet Vazalo in?
Op 20 maart 2007 heeft de Eerste Kamer het initiatief voorstel Wet Voorziening arbeid en zorg alleenstaande ouders (Wet Vazalo) aangenomen. Het gaat om alleenstaande ouders die vallen onder de WWB en die moeilijk aan de slag komen omdat het combineren van een volledige baan en zorg voor hun kind(eren) hen te zwaar valt.
Op grond van deze wet krijgen alleenstaande ouders die in deeltijd werken via de belastingdienst een toeslag, opdat zij niet langer op bijstand aangewezen zullen zijn. Om voor de Vazalo-toeslag in aanmerking te komen is voorts vereist dat in een kalenderjaar tenminste € 4.366,00 aan inkomen is verworven. Per saldo is de verwachting dat het inkomen hoger zal zijn dan de bijstandsuitkering.
De Wet Vazalo biedt dus alleenstaande ouders de kans om de zorg voor jonge kinderen te combineren met hun taak als kostwinner, op een manier dat lonend is. Op deze manier is het voor hen mogelijk om door middel van deeltijdarbeid de WWB te verlaten.
Wanneer treedt de Wet Vazalo in?
De inwerkingtreding van de Wet Vazalo staat nog niet vast. Voordat de wet ingaat, zal eerst dit jaar een experiment plaatsvinden in onder andere de gemeenten Den Haag, Utrecht, Apeldoorn en Dordrecht. Pas als de uitkomsten van het experiment bekend zijn wordt invoering definitief geregeld, onder andere doordat de staatssecretaris pas dan het contraseign onder het wetsvoorstel zal zetten. Het is de bedoeling dat de wet per 1 januari 2009 in werking treedt.
Voor eventuele vragen kunt u zich wenden tot SP raadslid Ingrid Wijker,
Tel.010 460 44 80
ingrid.wijker@vlaardingen.nl
- Zie ook:
- Werk en inkomen