h

Remi Poppe met melkveehouders en bewoners Lickebaert in geweer tegen dioxinebesmetting

3 augustus 2007

Remi Poppe met melkveehouders en bewoners Lickebaert in geweer tegen dioxinebesmetting

Remi PoppeOp 29 juni heeft er weer een gespek plaatsgevonden met melkveehouders en bewoners van het Lickebaertgebied. De 'werkgroep melkveehouders en bewoners Lickebaert' zijn al twee jaar bezig met overleg met verschillende autoriteiten om de dioxinebesmetting aan te pakken en de melkveehouders te vergoeden voor de schade die ze opliepen toen twee jaar gelden hun bedrijven 'op slot' zijn gezet door de Voedsel en Waren Autoriteit, vanwege een verhoogd dioxine gehalte in de melk. Gelukkig is dit daarna niet meer het geval geweest. Remi Poppe is namens de boeren en bewoners de woordvoerder bij de lopende onderhandelingen en gesprekken.
Jeroen van de Kooij op zijn mooie melkveehouderij bedrijf.
Foto: Jeroen van de Kooij op zijn melkveehouderijbedrijf

Hierbij een verslag van de laatse bespreking;

VERSLAG
Bijeenkomst dioxine Lickebaertgebied en omgeving
Door de werkgroep: Melkveehouders en Bewoners Lickebaert en omgeving.
D.d. vrijdag 29 juni 2007 te Vlaardingen (Accent College, Geuzenplein 1).

Aanwezig: Remi Poppe (voorzitter), Annie Boekestijn (secretaris), Cees Braams (VROM), Ingrid Ter Woorst (gemeente Midden-Delfland), Bart Wester (DCMR), Maarten Moerman, Gusta en Jeroen van der Kooij, Jan Olsthoorn, Ineke Hollaar, Gerard-Jan Zonneveld, Jaap Dijkshoorn, Flip Dijkshoorn, Nico Boekestijn (veehouders), Roy Hollaar (LTO Noord), Jaap en Tineke Sonneveld, Jans Alting (bewoners Lickebaert).

Afgemeld: Christiaan van der Kamp (wethouder gemeente Midden-Delfland, Marco Hofstede (LTO) en Wim Traag (Rikilt, Universiteit Wageningen).

Ingrid Ter Woorst heeft gesproken met twee gemeenten (Maassluis en Vlaardingen), LTO, VROM en DCMR over de dioxinekwestie. Het is een sociaal maatschappelijk probleem. Ingrid spreekt over drie sporen: 1. Voorkomen, 2. Aanpakken en 3. Handhaven. Hier is een notitie van gemaakt. Wordt nog verspreid.
Volgens VWA komt er geen dioxine meer bij (conclusie onderzoek DCMR). Via LNV is er contact met RIKILT om een opzet voor onderzoek te maken van percelen die op verschillende momenten zijn omgeploegd, zodat duidelijk wordt of er nog neerslag van dioxine plaatsvindt, en zo ja: in welke periode dat is gebeurd.
Het gaat erom dat de vervuiler betaalt, maar dat is juridisch moeilijk hard te maken. In een schadefonds is het niet eenvoudig om jarenlang geld vast te houden. Bij een calamiteit moet je de zekerheid hebben dat je snel geholpen wordt. Een schaderegeling zou beter zijn.

Poppe vindt dat wij (Werkgroep Melkveehouders Lickebaert én gemeente Midden-Delfland) op dit punt (schaderegeling) een gezamenlijk standpunt moeten innemen. Voordat er ook maar iets bekrachtigd wordt door de gemeenteraad van de gemeente Midden-Delfland, benadrukt Poppe, dient de werkgroep betrokken te worden bij het opstellen van rapporten, notities e.d. en de ruimte te krijgen om daar ook invloed op uit te oefenen. Poppe wil ook dat alle betrokkenen op de hoogte worden gesteld van vervolgbesprekingen en of rapoortages. Als het niet mogelijk is om ale betrokkenen uit te nodigen, dient er een delegatie van de Werkgroep te worden utgenodigd.

Braams zegt dat getracht wordt de wetgeving zodanig aan te passen dat de By-pass regeling (AVR) wordt geminimaliseerd. DCMR controleert de vergunningen. VROM en DCMR zijn bij de AVR geweest om te vragen deel te nemen aan een schadefonds. AVR wil wel, maar in groter verband met alle bedrijven via Deltalinqs.

Wester gaat voor de drie sporen en een schadefonds. Er kunnen zich altijd noodsituaties voordoen waarbij ter bescherming van de installaties meer uitstoot wordt gegeven (AVR). De AVR stelt zich tot doel tussen 2004 en nu 50% minder uitstoot te geven. Dit bedrijf is zich zeer bewust van het probleem. De emissie is tegenwoordig klein, zegt Wester.
Stelt onderzoek voor om door middel van verschillende percelen die in verschillende jaren zijn omgeploegd de hoeveelheden dioxines te meten. Zo kan worden vastgesteld of er in die periodes nog dioxine is neergeslagen en zo ja hoeveel.
Pak bv een stuk grond dat 5 jaar geleden is omgeploegd en een stuk grond dat 3 jaar geleden is omgeploegd. Waar zit dan meer dioxine in de bovenlaag?
Volgens Jeroen v.d. Kooij zit je zelfs met schone grond hoger met de dioxine.
Eind dit jaar moet er een wetenschappelijk verantwoorde conclusie zijn, zegt Wester.
Wester stelt voor om nu de grond te controleren, wordt de grond nu nog steeds vervuild?
LNV wil dat er onder de veehouders en bewoners draagvlak is voor dit onderzoek, omdat het om een duur onderzoek gaat dat het ministerie moet bekostigen.

Over de onderzoeksopzet wordt gezegd:

Jans Alting: het startpunt is een 0-situatie, daar moet iedereen het over eens zijn.
Nico Boekestijn: Als onderzoek uitwijst dat er niet meer dioxine neerkomt dan in de rest van Nederland, dan nog blijft de vraag: Wat gebeurt er bij een calamiteit?
Wester: Eerst onderzoek, en aan de hand van de uitkomst verder denken over eventuele oplossingen.
Jan Olsthoorn: gaat akkoord met snel onderzoek. Wel blijven kijken of er in de tussentijd neerslag is van dioxine.
Jeroen van der Kooij: let op de uitbreiding van de 2e Maasvlakte. Brengt meer vervuiling met zich mee. Bij een herhaalde calamiteit is het over en uit voor de boeren.
Poppe: kolengestookte centrales die daar worden geplaatst geven geen dioxine. Wel is het belangrijk om te blijven kijken wat de fornuizen van de petro-chemische industrie uitstoten en schepen.
Braams: raffinaderijen gaan over op aardgas, zal de CO2-uitstoot verminderen. Storingen moeten sneller worden gemeld. De westwijziging aanpassing besluit verbranding afvalstoffen gaat naar de Tweede Kamer. Nederland heeft strengste emissienorm van Europa.
Alting: bewoners van de Zuidbuurt willen leven in een schone omgeving. De veehouders willen zekerheid hebben over hun voortbestaan.
Dijkshoorn: er is altijd de onzekerheid dat de melk niet wordt geaccepteerd door de melkfabriek. Dijkshoorn heeft via zijn advocaat een kleine vergoeding gekregen voor de vorige calamiteit, met de medeling dat hij in de toekomst hier geen aanspraak meer op kan maken.
Gerard-Jan Zonneveld: er zijn al een aantal bouwpercelen regelmatig omgeploegd.
Remi Poppe: welke percelen zijn meerdere keren gekeerd? Is het mogelijk om dat per boer de inventariseren? Gaarne aan Remi of Annie laten weten.
Moerman: bij iedereen is het menging van geschoven grond. Het is van de greppel naar het midden geschoven. Alles ligt door elkaar. Maak een proef om vast te stellen of er in een bepaalde periode dioxine-neerslag is geweest. Als er nog emissie is, heeft niets zin.
Ineke Hollaar: Let op veengrond. Raadpleeg voor het onderzoek de melkveehouders. Zij kennen als geen ander de samenstelling van hun grond.
Van der Kooij: bij verkeerd keren krijg je zure grond. Dan kan je je bedrijf wel stoppen. Overleg met bodemdeskundige van DCMR.
Omkeren is duur en de eventuele vervolgschade is ook duur.

Is het voor Rikilt mogelijk om al na de zomervakantie te beginnen met onderzoek? LNV zal hiervoor een opdracht moeten formuleren. Veehouders willen wel inspraak in formulering van de onderzoeksopdracht, zegt Poppe.

Poppe vat de bijeenkomst als volgt samen.

Er is toezegging van gemeente Midden-Delfland dat de werkgroep van alle gevoerde gesprekken de tekst ter inzage krijgt. Verder dat Werkgroep of delegatie bij deze gesprekken aanwezig is.

Voorstel van RIKILT aan DCMR om proeven op reeds gekeerde grond te nemen. Daar wil de werkgroep bij betrokken blijven. Ook zeggenschap bij soort onderzoek dat gaat plaats vinden. Er is alleen draagvlak als wij erbij betrokken zijn.

Vanaf nu zijn er geen twee partijen meer, we doen alles samen.
Het voorstel is om na de zomer weer bij elkaar te komen.

Opgemaakt door:
Annie Boekestijn
Secretaris Werkgroep Melkveehouders en Bewoners Lickebaert en omgeving

U bent hier