h

Vlaardingse CDA ontkent beschuldiging SP

12 januari 1993

Vlaardingse CDA ontkent beschuldiging SP

De CDA-fractie in Vlaardingen wil niet „van twee walletjes eten" als het gaat om de komst van de vuilstort in het Lickebaertgebied. Dit staat in een brief die deze fractie heeft gestuurd naar de fractievoorzitter van de SP, R. Poppe. „Wij zijn net als andere fracties in de raad altijd tegen de komst van de vuilstort geweest", aldus het Vlaardingse CDA.

Poppe had in de plaatselijke pers de handelswijze van het CDA fel bekritiseerd en afgeschilderd als „springen op een rijdende trein". Hij doelde hierbij op de ommekeer die een aantal leden van de CDA-fractie leken gemaakt te hebben door aan B en W te verzoeken alle werkzaamheden voor de bestemmingswijziging die voor de vuilstort nodig is op te schorten tot er duidelijkheid zou zijn over het standpunt van milieugedeputeerde J. van der Vlist.

Maar de CDA-fractie „moet constateren dat u (Poppe) onze brief niet helemaal begrepen heeft. U haalt twee dingen door elkaar die niet met elkaar verward mogen en kunnen worden, zo schrijft het CDA. De meerderheid van het CDA had ermee ingestemd om de bestemmingsplanwijziging in eigen hand te houden. Dat neemt niet weg dat „evenals u en andere raadsfracties de CDA-fractie zich altijd tegen de komst van de afvalberging heeft uitgesproken".

Door de „kennelijke wijziging van de opvatting van gedeputeerde Van der Vlist", bleek er nu „ruimte c.q. flexibiliteit te zijn in het standpunt dat hij tot nu toe had ingenomen". Daarom wilde de CDA-fractie de „geboden ruimte optimaal benutten om zodoende de door de gehele gemeenteraad niet gewenste afvalberging alsnog te voorkomen. Het gaat ons niet om eer of willen meedoen", zo schrijft het CDA.

Reactie toevoegen

U bent hier