h

Bomen Bot en het marnixplantsoen.

11 januari 2006

Bomen Bot en het marnixplantsoen.

De bewoner van Vlaardingen ergert zich kapot als het gaat om het Marnixplantsoen, zo ook de SP.
Naar het zich laat aanzien hebben onze wethouder Bot en zijn ambtenaren wat aangeklungeld en laat hun deskundigheid te wensen over.
De raadsleden zijn nooit op de hoogte gesteld van de eventuele gevolgen die zouden kunnen gebeuren bij sloop en herinrichting Marnixplantsoen.
Om zelf te constateren wat er fout is gegaan heeft de SP deskundigen geraadpleegd door vragen te stellen aan de Wageningen Universiteit die over heel wat kennis beschikken.
Naar aanleiding van hun antwoordt hebben besloten schriftelijke vragen te stellen.

Datum 11-01-06

Betreft: schriftelijke vragen volgens artikel 36 Reglement van orde;Marnixplantsoen

Geacht college,

Na regelmatig met eigen ogen te hebben gezien dat men bijna een fluisterboot zou kunnen aanschaffen voor een rondvaart op het marnixplantsoen, hebben wij deskundigen geraadpleegd door eenvoudig enkele vragen aan de Wageningen Universiteit te stellen.
De beantwoording van onze vragen zijn, op zijn zachtst gezegd, nogal zorgwekkend. Het doet ons vermoeden dat uw college betreffende de omstreden aanpak van het Marnixplantsoen onzorgvuldig heeft gehandeld en de raad en bevolking dus ook onzorgvuldig heeft geïnformeerd.

Wij hebben daarom de nodige vragen aan uw college;

1) kunt u ons informeren of met geleidelijke ophoging, zonder grondverstoring door verdichting, de bomen waarschijnlijk gered hadden kunnen worden, omdat er boomsoorten zijn die het vermogen hebben zich aan te passen?

2) Bent u het met de SP eens, dat de manier waarop het park nu is opgehoogd het leven van de bomen in gevaar kan zijn en dat door het inklinken van de grond de grondwaterstand verhoogd wordt, waardoor ook nieuwe bomen in hun ontwikkeling beperkt zoniet onmogelijk zou kunnen worden?

3) Waarom is bij de ophoging gebruik gemaakt van zwaar materiaal bij de grondverplaatsing? Wist u niet wat daarvan bij gebruik van zwaar materiaal de ondergrond zodanig wordt samengeperst, dat ook de afname van het poriënvolume zorgt dat de water doorlaatbaarheid stagneert? Zo nee, waarom heeft u zich niet vooraf goed laten informeren?

4) is er mogelijk sprake van “verslemping en versmering” van bodemdeeltjes waardoor de infiltratie van neerslag kan stagneren? Zo ja, wat gaat u daaraan dan doen?

5) Was u op de hoogte van de mogelijke negatieve gevolgen van de verdichting van de bodem door afbraak van het bodemleven en de bodemlucht huishouding? Zo ja, tot welke bijzondere maatregelen bij de werkzaamheden heeft dat dan geleid?
Kunt u aangeven hoelang het zal duren voordat onder de genoemde effecten het bodemleven zich zal herstellen?

6) Kunt u aangeven hoe het komt dat de reconstructie en ophoging van het Marnixplantsoen kennelijk op een nogal ondeskundige manier is uitgevoerd, en wat de mogelijke financiële gevolgen zullen zijn om de negatieve aspecten van de reconstructie te herstellen?

7) En is het niet zo dat de raad tijdens behandeling Marnixplantsoen veel beter geïnformeerd had moeten worden over de eventuele rampzalige gevolgen die mogelijk zouden kunnen plaatsvinden, en die nu dus ook plaats gevonden hebben? Wellicht zou er dan een ander besluit genomen zijn. Mocht u dit kunnen of willen bevestigen, welke consequenties trekt het college dan uit de hele gang van zaken rond het beleid betreffende de genomen maatregelen?.

Namens de fractie van de SP
Huug Paalvast.

Bijlage;Het schrijven van de universiteit te Wageningen.

Beste heer Paalvast,

Via de infodesk van het bestuurscentrum van Wageningen UR kreeg ik uw fax
m.b.t. bovengenoemd onderwerp. Ik kan hierover opmerken dat bij
ophoogwerkzaamheden zoals door u geschetst doorgaans mechanische
bodemverdichting van de ondergrond plaatsvindt waarbij het poriënvolume van
de grond afneemt en dientengevolge ook de waterdoorlatendheid. Afhankelijk
van de aard van de toplaag (o.a. korrelrootteverdeling van de vaste
bodemdeeltjes) kan tevens versmering of verslemping van de bodem, op diverse
dieptes alsmede van de toplaag, optreden waardoor infiltratie van neerslag
kan stagneren. Het gaat dus in eerste instantie een bodemfysisch aspect.
Overigens hebben de negatieve gevolgen daarvan óók invloed op (de gezondheid
van) het bodemleven, omdat verdichting vaak ook resulteert in storingen in
de bodemluchthuishouding (ondermeer door te langdurige) waterverzadiging).
Dit laatste is vooral van belang bij de vraag in hoeverre de bodem zich nog
op natuurlijke wijze kan herstellen.

T.a.v. uw vergelijking van de bodem met een spons, wil ik nog opmerken dat
bodemverdichting vaak de "sponswerking" verhoogt, wat betekent dat water
juist langer in de poriën blijft hangen en waarbij soms ook grondwater naar
boven toe wordt "getrokken" a.g.v. een door het verminderde poriënvolume
verhoogde capillaire opstijging.

Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

Met vriendelijke groet,
Jitze Kopinga
(onderzoeker speciale teeltkundige vraagstukken bomen/bossen)

U bent hier